Haiku 17

 

nogal afwezig
reiken stamgasten elkaar
borrelnootjes aan

 

het vervuild water
voert wat dode vissen mee
– tot de tussensluis

 

een vaas op het graf
– vol groenige aanslag –
grauw van de jaren

 

dat restje vogel
wordt voortdurend doodgereden
op de invoegstrook

 
 

Vorige pagina: Haiku 18          volgende pagina: Haiku 16