Haibun ― Een literair begrip

Een haiku is niet louter een waarneming, want begint met een waarneming die zich verzelfstandigt, een ‘gegeven’ wordt ― dankzij de haikudichter. Een haibun geeft er een geëigende omgeving aan, verdiept en verheft; de haiku is daarin de bezieling. Een haibun beschrijft een gebeurtenis, een episode, een levensgeschiedenis, alsook een tijdperk enzovoort. En is een vertelling. In die zin kan ieder onderwerp inspireren tot een haibun.

Vroege dementie

Zij is al jaren dement maar kerngezond, heeft een vaste dagindeling waarin de drie maaltijden wonderwel passen. En gaat, als de kapelklepel negen uur tiktakt, naar haar slaapkamer, is ’s morgens om zes uur uit de veren. De verzorging speelt hier op in, de andere bewoners laten haar. Maar gaat er iets fout, het hek is dan van de dam.

Even bewegen
de rupsenharen ―
vroeg in de morgen.

Zoals gisteren,
een vlieger aan de hemel,
op dezelfde plaats.

Taniguchi Buson, 1715-1783

Voor dag en dauw zit zij op een bankje onder een plataan, murmelt en friemelt met een linnen zakdoekje in haar linkerhand, gaat op haar knieën tussen het hoge gras, op zoek naar van alles. Haar innerlijke klok bepaalt voor hoelang. Tegen vier uur zit zij bij het hek waarachter het kinderspeelveld. Zij kijkt vergenoegd ― moedigt aan.

Eveneens

In De Stofwolk*, dat ik vaker lees dan de bijbel, begint een vertelling in een dorp:

“Een dikke man loopt/ ook ’s winters op gymschoenen,/ als op eieren/
― een wat week aandoend lichaam ―/ met een berustende blik.

Iemand spreekt het vermoeden uit dat hij een pederast kan zijn. En sindsdien: zit hij in de bioscoop, de stoelen naast hem blijven leeg; hij heeft geen weet van het waarom.”

Het zijden roze
in een amandelgaarde,
vervuld van haar geur.

* De Stofwolk, Tonino Guerra, 1978 / Uitgeverij Bert Bakker, 1986

Niet meer

Zij zag het kind voor haar ogen sterven, bleef er gelaten onder; het zou geen waardig leven gehad hebben. Verdriet en gemis daaronder zoeken niet meer naar woorden.


Op een zomerdag
vliegen wolken mieren uit ―
géén keert ooit terug.

 
 

Vorig taalduet: Tanbun          Volgend gedicht: Tanhaibun