ik ken u wel, u staat op om 7 uur
om 20 over 7 trekt u uw voorschoot aan
wrijft met een pink de slaap uit beide ogen
om aan het werk te gaan
ik ken u wel van lijf en leden
bleekjes en wat lang
ieder uur maakt u op maat met de hamer
op de grond en de zaag aan de muur
ik ken u niet zoals de vogels
die zo zachtmoedig zijn
ze roepen uw naam, u laat ze binnen
u heeft ze een houten huis gebouwd
ze gaan door al uw zinnen
er staat een cirkel om me heen
zodat ik heilig ben
en later als ik groot zal zijn
ga ik akelig dood
u bent mijn vader, ik ken u wel
daarom leg ik, nu het nog kan
het hoofd in uw schoot
Marco Nijmeijer
Vorig gedicht: Sonate volgend gedicht: Portret door mijn vader