Foto: Simon Buschman
Ongemerkt is Gerard, een fijne vriend, in een zware depressie geraakt. Hoe ondraaglijk als je ’s morgens ‘het uit je bed stappen en de dag zó moeten ingaan’ als een bijna onmogelijke opgave beleeft; als een uiterst beklemmende, zware last ervaart.
de vlakke branding
laat nu niet van zich horen,
hier – rond dood getij
Wat tijd was, blijkt dan eeuwig lang te duren, gaat schrijnend langzaam voorbij: de langzaamheid van het nachtelijke donker dat je met een holle blik aankijkt, zó naar je blijft kijken en dat langer volhoudt dan jij het verdragen kunt. Kleurenpaletten verbleken tot grijstinten; en dat aan Costa de la Luz in dit zonnige, Zuid-Spanje.
de zon die opgaat –
en niets anders is zichtbaar
in de mist op zee
Shiro, 1724-1815
Ik herlas in een lang weekeinde Madame Bovary, Gustave Flaubert. Haar enige toevluchtsoord is haar bed; de zware gordijnen dicht; liggen, tijdenlang zijn in het er-niet-zijn.
Foto: Marianne Kieft
zonder jou erbij
zijn ze mij te groot, te diep
– donker de bossen
Kobayashi Issa, 1763-1827
Ik wist dat Gerard over een probaat zelfmoordmiddel beschikte. Met een buurman van verderop, oud-beroepsmilitair, Stefan, had Gerard zijn situatie open en zonder enige weglating be-sproken.
Stefan vond dat Gerard in zijn besluitvorming dieper gegaan was dan een ‘ja of nee’ in deze zou mogen vragen; en zei op grond daarvan: beslis zelf! Ik hoor wel.
Foto: Simon Buschman
Het bleef weken stil; Gerard verbleef in zijn kamer, sprak veel met de verpleegkundige, tevens met een bekwame psycholoog; en besloot kalm tot ‘ja’. Bij de uitvoering was er zowaar een glimlach.
Vorige reflectie: Of er ooit volgende vertelling: Kalm nazomerlicht