Tezamen

Erik Heijerman, reflectie

Dit is de eerste reflectie van mijn hand die de lezer tegenkomt, als hij of zij tenminste voorin is begonnen met het tot zich nemen van de teksten. Voor mij is een reflectie bij een gegeven tekst uit deze bundel een persoonlijke, liefst filosofisch getinte beschouwing. Met persoonlijk bedoel ik niet dat de reflectie over mij gaat, maar dat het een reflectie is die bij mij hoort, en dat heeft vaak tot gevolg dat de tekst een denkexercitie is waarin ik een zeker punt probeer te maken, dat wil zeggen een bijzonder iets uit de tekst probeer te belichten en dat zo goed en fraai als het kan probeer te verwoorden. Elke gek heeft zijn gebrek, en mijn gebrek is dat ik het in het algemeen leuk vind dieper in de dingen door te dringen, erover na te denken; dat is van mijn jeugd af aan het geval geweest, vandaar de studie filosofie.

~ ~ ~

Toch begin ik deze reflectie bij ‘Elkaar en alleen’ met iets persoonlijks. Want een reflectie is een doordachte beschouwing, maar kan ook op bepaalde wijze een weerspiegeling zijn van de tekst waarbij het een reflectie is. Welnu, uit mijn jeugd ben ik veel vergeten, maar één ding staat me nog zeer helder voor de geest en heeft met de tanbun te maken. En dat is dat ik toen ik een jaar of 16 was aan mijn ouders gevraagd heb of het goed was dat ik ze geen zoen meer hoefde te geven voor het slapen gaan. Waarschijnlijk is dit een vraag geweest die paste bij het losmakingsproces waar ik op dat moment doorheen ging, en dat voor enkele relatief kleine conflicten heeft gezorgd.

Bij mijn ouders bracht dit echter een schok teweeg, maar zij weigerden hun toestemming. Wat bij mij weer een schok teweeg bracht, want daar had ik niet direct op gerekend. Nog altijd ben ik erg blij dat zij niet toestemden, en nog steeds zoen ik mijn nu zwaar demente vader op zijn wang als ik afscheid van hem neem. Het belangrijkste van het gebeurde was de emotionele impact die het op mij had, en dat ik leerde welke diepe emotionele betekenis het zoenritueel voor het slapen gaan van kinderen heeft.

En nu de reflectie, als een soort spiegelbeeld: waar ik durfde vragen om mijn ouders niet meer te hoeven zoenen, wees Angelo zijn moeder af sinds het moment dat hij haar niet meer om een omarming durfde vragen. Ik wilde van de intimiteit af, Angelo wilde die juist wel maar durfde er niet meer om vragen, besefte later plotseling dat zich dat op een bepaald moment gewoon had voorgedaan. Hij werd daarmee met een rare knoop in zichzelf geconfronteerd waarin hij zijn moeder meesleepte, en waar hij jaren in verstrikt bleef, wat wel past bij het in de tekst vermelde feit dat veel vragen, ook onstuimige, naar en over zichzelf in zijn leven onbeantwoord bleven, dat hij zichzelf als een cryptogram beschouwde.

Zijn moeder werd afgewezen en daarmee eigenlijk bestraft voor het feit dat hij niet meer om een omarming van haar durfde vragen. Dit inzicht kwam voor hem als een donderslag bij heldere hemel, opgewekt door een zeebries.

Beeld van twee apenhoofden

Foto: Erik Heijerman

Die liet hem voelen hoe het is als je moeder je hoofd in haar handen neemt en je aan haar borst neuriënd wiegt. Het moet voor hem zijn geweest alsof hij met een bootje over een kalme zee voer, plotseling een draaikolk ingezogen werd, er gelouterd uitkwam.

Vanuit de beleving van Angelo is dit een diepe, zeer ingrijpende gebeurtenis geweest, die zich uitte in een oerkreet en die het mogelijk maakte de relatie met zijn moeder weer te herstellen. Maar let nu op hoe deze diepte nauwelijks zichtbaar is in de tekst, zoals je niet weet wat er zich in die draai-kolk afspeelt als je met je bootje over een overigens kalme zee dobbert. De hele tekst is er een van rustig voortkabbelen, het ene na het andere nuchtere levensfeit wordt verteld. De drie tanka’s passen daarom zo goed in het geheel omdat zij die nuchterheid, het zijn gangetje gaan van het leven uitstralen.

Prachtig daarom het rustige beeld van de strandwandeling aan het einde. Angelo is verenigd met zijn moeder, al wandelend kijken ze af en toe zijdelings naar elkaar. Dat is voldoende. Hij heeft durven vragen om een omarming, het water sluit zich weer. Sindsdien gaan beiden tezamen.

 
 

Vorige vertelling: Elkaar en alleen          volgende vertelling: En ernaast