Zonder een waarom

heel de lentenacht
vliegen de ganzen terug,
zo gehaast, lijkt het …

Roka, 1681-1703

ganzen trekken weg ―
en de zee eronder schuift
almaar verder op

Atjusin, 19e eeuw

Dialogen - Simon Buschman

1 Simon Buschman, Zuid-Spanje, Islantilla
Henk van der Werff, Hoogland/Amersfoort

in de middagzon
een sliert processierupsen –
onderweg naar iets

als de dag dooft, een merel
eindeloos improviserend

dan nachtvogelzang
en de maan die eeuw na eeuw
voortgaat – nu wassend

ook vannacht weer laat de vloed
schelpen achter op het strand

leeg – zonder schelpdier
dat in zee zichzelf verloor;
zonder een waarom …

altijd rusteloos zoekend
gierzwaluwen op hun trek

* * *

van ver gekomen
maar eveneens: niets van daar
doet er hier nog toe

eerst een, dan twee, dan velen
– niets meer bij zich dan zichzelf

2 Henk van der Werff, Hoogland/Amersfoort
Simon Buschman, Zuid-Spanje, Islantilla

het onweer nadert –
een ree, verstopt tussen gras
nog zonder geur

het barst los, reeksen ratels –
een landschap, opengewaaid

het rommelt nog wat –
dan, of er niets is gebeurd,
een eerste vogel

… en blijft tevens ongezegd
welke angsten zijn doorstaan

gebaande paden
leiden je veilig terug
naar deze drinkplaats

waarin – de maan weerspiegeld –
het obsessieve kwaken

* * *

daarna, de stilte
wanneer de nacht ons insluit
tot de nieuwe dag

maar de mensentrek gaat door
– nomaden, uit lijfsbehoud

Dialogen - Simon Buschman

Zonder een waarom - Een renga tussen Henk van der Werff en Simon Buschman

Foto: Henk van der Werff

Henk van der Werff:
Bij het begin van een renga is het altijd de vraag welke weg deze zal nemen. In de eerste strofe is al te lezen ‘onderweg naar iets’. Dat zal de leidraad blijken te zijn van deze twee subrenga’s die samen één renga vormen. Al gauw kreeg deze de werktitel ‘de vluchtelingenvraag’.

De eerste subrenga gaat duidelijk over het op pad gaan, al dan niet gedwongen door natuur of omstandigheden.

De tweede subrenga kon ik niet anders beginnen dan met het feit dat niet ieder wezen op pad kan gaan – zichzelf moet redden in de geldende omstandigheden.

De renga eindigt met nomaden – mensen die voortdurend onderweg zijn als levensstijl, uit lijfsbehoud. Ieder heeft zo zijn eigen reis – de een makkelijker dan de ander – die hij of zij met zijn eigen karaktertrekken en instelling moet volbrengen.

 

Vorige renga: Renga met Gerard Verbeek          Volgende renga: Renga met Chris Van de Rijck